Wetenschap: Bombarderende kever

Hoe de bombardeerkever zijn vijanden kan bombarderen was lange tijd een raadsel. Nu hebben wetenschappers eindelijk in kaart gebracht hoe de bombardeerkever zijn hete, irriterende goedje maakt en dat met zoveel kracht afvuurt op zijn belagers (Science).
Andere wetenschappers hadden de explosies al met hogesnelheidscamera’s, drukmetingen en geluidsopnames onderzocht. Daardoor was al bekend dat de explosie feitelijk bestaat uit een ultrasnelle serie kleine explosietjes: wel zeshonderd keer per seconde lanceert de bombardeerkever zijn vrachtje. Maar niemand wist hoe de kever zijn afweergeschut zo snel opnieuw kan laden.
Om daar inzicht in te krijgen bestudeerden de wetenschappers de bouw van de kevers nog eens goed, en ze maakten met ultrasnelle röntgenstraling opnames van bombarderende kevers. Van de vijfhonderd kevers die ze in het lab onderzochten lukte het om dertig explosies van veertien kevers vast te leggen.
Zo bleek dat de kever beschikt over twee interne kamers. In de ene liggen chemicaliën opgeslagen, in de reactiekamer liggen enzymen. Afzonderlijk doen die stoffen niets; net als bij tweecomponentenlijm komt er pas een reactie op gang wanneer ze worden samengevoegd. Zodra de chemicaliën via een ventiel de reactiekamer met enzymen instromen, komen er zuurstof, water en warmte vrij, waarbij de druk oploopt en de hete vloeistof naar buiten wordt geblazen.
De druk in de kamer is op dat moment zo groot dat het ventiel tussen de twee kamers automatisch wordt dichtgedrukt. Daardoor gaat de hete vloeistof alleen naar buiten en stroomt hij niet terug het lichaam in. Na elke explosie stijgt de druk weer zo snel, dat er automatisch al een nieuwe explosie volgt; er komt geen spierkracht aan te pas.
Foto door: Charles Hedgcock